Het thema van de maand van de geschiedenis is dit jaar
‘Tussen droom en daad’. De Historische Vereniging Prins Alexander vulde dit op
3 oktober in met een dag over stedenbouwkundige Lotte Stam-Beese, die in 1946
werd aangesteld als stadsarchitect van Rotterdam. Ik wandelde mee door de Rotterdamse nieuwbouwwijk Ommoord.
Wederopbouw
Aan het eind van de ochtend staan Lidwine Spoormans van
Studio LS en Astrid Karbaat, adviseur cultureel erfgoed Stadsontwikkeling
Rotterdam, klaar om met een groep belangstellenden op zoek te gaan naar de
dromen en daden van Lotte Stam-Beese in Ommoord, een wijk in het Rotterdamse gebied Prins Alexander. Volgend jaar staat de wederopbouw centraal in Rotterdam. Ommoord, waar vijftig jaar geleden, in 1965, de eerste paal in de grond werd
geslagen, is aangewezen als wederopbouwaandachtsgebied.
Het gebied dat ontstond op de tekentafel van Lotte
Stam-Beese, vormt nu het hart van Ommoord en kenmerkt zich door hoge
flats en veel groen.
Perspectieftekening Lotte Stam-Beese |
Beschutting
Als eerste wandelen we naar de Kelloggplaats en blijven
staan op een wandelpad tussen de voor deze wijk zo karakteristieke
galerijflats. Het grasveld tussen de flats heeft net een maaibeurt gehad – de
laatste van het seizoen? – en sommige bomen krijgen al herfstige tinten.
Lotte Stam-Beese, die jarenlang in de Sovjet Unie woonde
en werkte, had radicale ideeën over hoe mensen zouden moeten wonen, en die
ideeën paste ze toe in Ommoord. Groen vond ze belangrijk. De grasvelden tussen
de flats kunnen we dan ook zien als één groot groen tapijt.
De flats zijn door Stam-Beese zo geplaatst dat ze
beslotenheid en beschutting bieden, maar ook ruimte geven aan mooie
zichtlijnen. Bomen en struiken verzachten de harde lijnen van de flats. Om de
overgang van het grasveld en naar de flats minder abrupt te maken, staan er
struiken voor de bakstenen muren waarachter de bergingen zitten.
Toegangsweg
Via de President Rooseveltweg, die ten zuiden van het
hoogbouwdeel van Ommoord ligt, lopen we verder. Hoge platanen omzomen deze brede
doorgangsweg die aan beide kanten fietspaden heeft. Het hoogbouwdeel van
Ommoord wordt omringd door een vierkant van toegangswegen, in het oosten de
Martin Luther Kingweg, in het noorden de President Wilsonweg en in het westen
de John Mottweg. In de wijk zelf liggen geen doorgaande wegen, het is de
metrolijn die de wijk toegankelijk maakt.
President Rooseveltweg |
Economisch
brandpunt
Bij de Zernikeplaats is vorig jaar een vijver gegraven
die nu alweer is overwoekerd. De meningen van ons gezelschap over dit stukje
wilde groen zijn verdeeld. De een vindt dit het maar niets, de ander wijst enthousiast
op de bloeiende klaver, de zuring en het boerenwormkruid.
We lopen verder naar het overdekte winkelcentrum De
Binnenhof en het gelijknamige metrostation, het einde van lijn A. Hier is één
van de economische brandpunten van Ommoord. Een brandpunt is een punt waar de
voorzieningen (winkels) samenkomen met de infrastructuur (metro). Ook een ideaal van Stam-Beese.
De Binnenhof |
De core van
Ommoord
Een begrip waar visionaire stedenbouwkundigen als
Stam-Beese en architecten in de jaren zestig stevig over discussieerden, was core (kern). Onder core verstonden ze
hoe mensen samenleven en op elkaar betrokken zijn. Dit core-gevoel zou juist
bij de economische brandpunten moeten ontstaan.
“Waar vinden jullie de core van Ommoord?” wordt aan de Ommoorders
in het gezelschap gevraagd. “De Romeynshof,” zegt een mevrouw met rode jas.
“Daar is een bibliotheek en daar kun je naar voorstellingen. Een cultureel
centrum, dat is het hart van een wijk.” Helaas zijn het juist deze
wijkvoorzieningen die de de gemeente momenteel af wil stoten. Daarvoor in de
plaats komen Huizen van de Wijk, waar wijkbewoners zelf activiteiten kunnen
organiseren.
De Wijktuin |
Mysterieus
We lopen door het overdekte winkelcentrum. “We noemen dit
rollatorcity,” fluistert de mevrouw in rode jas me toe. De populatie van
Ommoord is de afgelopen jaren sterk vergrijsd. Veel mensen die hier toen gingen
wonen, waren zo tevreden dat ze de wijk nooit hebben willen verlaten.
In de wijktuin van Ommoord lijken de flats ineens ver weg
achter de hoge bomen. In het bruine water van de vijver kwaken de eenden luid,
in de hoop gevoerd te worden.
Aan het eind van de wandeling vragen onze gidsen of we
iets hebben ontdekt over Ommoord. “Ik vind Ommoord mysterieus,” is een heel
verrassend antwoord. “Je weet nooit wat je om de hoek zult zien en je wordt
steeds verrast.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten