5 okt 2015

WANDELING - Dromen en daden in Ommoord

Het thema van de maand van de geschiedenis is dit jaar ‘Tussen droom en daad’. De Historische Vereniging Prins Alexander vulde dit op 3 oktober in met een dag over stedenbouwkundige Lotte Stam-Beese, die in 1946 werd aangesteld als stadsarchitect van Rotterdam. Ik wandelde mee door de Rotterdamse nieuwbouwwijk Ommoord.

Wederopbouw
Aan het eind van de ochtend staan Lidwine Spoormans van Studio LS en Astrid Karbaat, adviseur cultureel erfgoed Stadsontwikkeling Rotterdam, klaar om met een groep belangstellenden op zoek te gaan naar de dromen en daden van Lotte Stam-Beese in Ommoord, een wijk in het Rotterdamse gebied Prins Alexander. Volgend jaar staat de wederopbouw centraal in Rotterdam. Ommoord, waar vijftig jaar geleden, in 1965, de eerste paal in de grond werd geslagen, is aangewezen als wederopbouwaandachtsgebied.
Het gebied dat ontstond op de tekentafel van Lotte Stam-Beese, vormt nu het hart van Ommoord en kenmerkt zich door hoge flats en veel groen.

Perspectieftekening Lotte Stam-Beese
Beschutting
Als eerste wandelen we naar de Kelloggplaats en blijven staan op een wandelpad tussen de voor deze wijk zo karakteristieke galerijflats. Het grasveld tussen de flats heeft net een maaibeurt gehad – de laatste van het seizoen? – en sommige bomen krijgen al herfstige tinten.
Lotte Stam-Beese, die jarenlang in de Sovjet Unie woonde en werkte, had radicale ideeën over hoe mensen zouden moeten wonen, en die ideeën paste ze toe in Ommoord. Groen vond ze belangrijk. De grasvelden tussen de flats kunnen we dan ook zien als één groot groen tapijt.
De flats zijn door Stam-Beese zo geplaatst dat ze beslotenheid en beschutting bieden, maar ook ruimte geven aan mooie zichtlijnen. Bomen en struiken verzachten de harde lijnen van de flats. Om de overgang van het grasveld en naar de flats minder abrupt te maken, staan er struiken voor de bakstenen muren waarachter de bergingen zitten.


Toegangsweg
Via de President Rooseveltweg, die ten zuiden van het hoogbouwdeel van Ommoord ligt, lopen we verder. Hoge platanen omzomen deze brede doorgangsweg die aan beide kanten fietspaden heeft. Het hoogbouwdeel van Ommoord wordt omringd door een vierkant van toegangswegen, in het oosten de Martin Luther Kingweg, in het noorden de President Wilsonweg en in het westen de John Mottweg. In de wijk zelf liggen geen doorgaande wegen, het is de metrolijn die de wijk toegankelijk maakt.

President Rooseveltweg 
Economisch brandpunt
Bij de Zernikeplaats is vorig jaar een vijver gegraven die nu alweer is overwoekerd. De meningen van ons gezelschap over dit stukje wilde groen zijn verdeeld. De een vindt dit het maar niets, de ander wijst enthousiast op de bloeiende klaver, de zuring en het boerenwormkruid.
We lopen verder naar het overdekte winkelcentrum De Binnenhof en het gelijknamige metrostation, het einde van lijn A. Hier is één van de economische brandpunten van Ommoord. Een brandpunt is een punt waar de voorzieningen (winkels) samenkomen met de infrastructuur (metro). Ook een ideaal van Stam-Beese.

De Binnenhof
De core van Ommoord
Een begrip waar visionaire stedenbouwkundigen als Stam-Beese en architecten in de jaren zestig stevig over discussieerden, was core (kern). Onder core verstonden ze hoe mensen samenleven en op elkaar betrokken zijn. Dit core-gevoel zou juist bij de economische brandpunten moeten ontstaan.
“Waar vinden jullie de core van Ommoord?” wordt aan de Ommoorders in het gezelschap gevraagd. “De Romeynshof,” zegt een mevrouw met rode jas. “Daar is een bibliotheek en daar kun je naar voorstellingen. Een cultureel centrum, dat is het hart van een wijk.” Helaas zijn het juist deze wijkvoorzieningen die de de gemeente momenteel af wil stoten. Daarvoor in de plaats komen Huizen van de Wijk, waar wijkbewoners zelf activiteiten kunnen organiseren.

De Wijktuin
Mysterieus
We lopen door het overdekte winkelcentrum. “We noemen dit rollatorcity,” fluistert de mevrouw in rode jas me toe. De populatie van Ommoord is de afgelopen jaren sterk vergrijsd. Veel mensen die hier toen gingen wonen, waren zo tevreden dat ze de wijk nooit hebben willen verlaten.
In de wijktuin van Ommoord lijken de flats ineens ver weg achter de hoge bomen. In het bruine water van de vijver kwaken de eenden luid, in de hoop gevoerd te worden.

Aan het eind van de wandeling vragen onze gidsen of we iets hebben ontdekt over Ommoord. “Ik vind Ommoord mysterieus,” is een heel verrassend antwoord. “Je weet nooit wat je om de hoek zult zien en je wordt steeds verrast.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten